In je hoofd

Veelvoorkomende klacht op mijn spreekuur is: ‘ik zit te veel in mijn hoofd’. Ik moet zeggen dat ik nog steeds moet wennen aan deze zegwijze.  Maar goed, de bedoeling is om duidelijk te maken dat er te veel wordt (na)gedacht en te weinig wordt gedaan.  Of zoiets.

 

Eén van die patiënten is Pieter.  Hij is vrijgezel (34), werkte in de bouw, maar is nu groepsleider in de gehandicaptenzorg.  Als hij tegenover mij zit, dan lacht hij heel vriendelijk; en wacht meestal af totdat ik de één of andere vraag stel.  Opvallend aan Pieter is dat hij zich heel meewerkend toont als ik hem een opdracht geef.  Dit zeg ik omdat doorgaans mijn patiënten een hekel hebben aan opdrachten, waardoor ik, na jaren, er ook mee opgehouden ben. Maar goed, Pieter vraagt er zelfs om.  En zo is het mij gelukt om hem heel vroeg (06.00 uur) op te laten staan en op tijd (22.00 uur) naar bed te laten gaan, om op die manier een wat vaster bioritme te bewerkstellingen.  Op die manier is zijn stemming aanzienlijk verbeterd; en geeft hij aan om klaar te zijn voor de volgende opdracht.  Zijn vraag aan mij is: ‘hoe kom ik wat meer uit mijn hoofd?’ 

 

Aangezien hij zo vroeg in de morgen wat te doen moet hebben, zit hij dikwijls aan de waterkant om vissen te vangen, waarbij hij natuurlijk, starend naar zijn dobbertje, heel wat af kan piekeren.  De opdracht die ik hem geef is om, minstens twee keer per dag, een gesprek te beginnen met een wildvreemd iemand.  Dit moet ik omstandig uitleggen door een beroep te doen op zijn interesse voor deze en gene, om vervolgens een vraag, die bij hem opkomt, ook daadwerkelijk te stellen.  Tijdens het vissen komen er genoeg gesprekskandidaten voorbij, maar ook tijdens het boodschappen-doen in de supermarkt kun je gemakkelijk iemand aanspreken terwijl je wacht in de rij.   Zogezegd, zo gedaan; en in het volgend gesprek vertelt Pieter trots dat hij acht verschillende gesprekken heeft gevoerd en zelfs bij iemand uitgenodigd is om te komen eten.

 

In je hoofd is het misschien wel veilig wonen. Maar het leven gaat dan wel aan je voorbij.

Volgende
Volgende

Zelfbeschadiding